In de open haard in het kleine kamertje brandt een turfvuurtje, als iemand er tenminste af en toe aan denkt de turf aan te vullen. Iedereen op deze eilanden stookt winter en zomer een turfvuurtje. Anders is het ook binnenshuis te koud. Alles in het kleine huisje is of kapot of smerig of totaal versleten. Eigenlijk is het er gewoon een bende. Overal lege chipszakjes, bierflesjes en -blikjes, borden waarvan dagen geleden gegeten is, heel oude kranten en stripboeken. Ik voel me er helemaal thuis.